Voedselzekerheid
In juni 2020 is dit programma van start gegaan nadat duidelijk werd dat de bevolking van inheemse gemeenschappen in de Peruaanse Andes hard geraakt werd door de coronacrisis. Met het ingaan van de lockdown in maart 2020 vielen de inkomsten voor veel gezinnen weg en werd honger opeens een schrijnend probleem.
HoPe is toen in Patacancha, een gemeenschap waar HoPe al ruim twintig jaar bekend is, met de bewoners begonnen aan de verbouw van groente en de bouw van meer kassen. Dit werk werd begeleid door plaatselijke landbouwtechnici die met hulp van HoPe eerder hun studies hadden afgerond.
Vanaf juli kon het team van HoPe weer naar de gemeenschappen reizen. De maanden daarvóór was dat door de lockdown onmogelijk. Het programma is toen uitgebreid en in andere gemeenschappen van start gegaan. Op de scholen in Patacancha zijn proeftuinen aangelegd en worden trainingen verzorgd. Ook zijn daar aardappelen verbouwd voor de voedselprogramma’s van diverse scholen. Om de directe nood aan te pakken ontvangen deelnemende families voedselpakketten met levensmiddelen met vooral rijst, suiker, meel en olie.
Op dit moment verbouwt HoPe in vijf gemeenschappen groente in groentekassen. De producten worden tegen een symbolische prijs aan de bewoners verkocht. Meer dan 300 gezinnen verbouwen zelf groente, en vaak voldoende om ook op de markten hun waar aan te kunnen bieden. Het is leuk om te vermelden dat deze producten gretig aftrek vinden. De kwaliteit is erg goed!
HoPe wil de deelnemende families ondersteunen bij de bouw van hun eigen kassen. De gezinsleden bouwen de muren, en HoPe verzorgt materialen voor de daken, het zaaigoed en de technische begeleiding. Het opzetten van dit programma gaat niet zonder horten en stoten. Het klimaat, de kou, regen en hagel, en de ligging hoog in de bergen, soms boven de 4000 meter, maken het werk lastig. In de meest hooggelegen dorpen groeit er nauwelijks iets buiten de kassen.
Bij dit voedselprogramma horen ook de forellenkwekerijen en het fokken van cavia’s. HoPe gaat op verzoek van de bewoners en samen met hen de infrastructuur van twee bestaande forellenkwekerijen verbeteren. Op dit moment is er sprake van verwaarlozing, verrotte palen en verouderd en onvoldoende materiaal. Met voldoende steun kunnen deze kwekerijen weer productief worden.
Op de scholen in Patacancha krijgt het fokken van cavia’s weer een impuls. Het is vooral belangrijk dat deze dieren genoeg gras te eten hebben. Caviavlees is door het hoge gehalte aan eiwitten een belangrijk onderdeel in het voedingspatroon van hooglandindianen.
De inzet en het enthousiasme van de gezinnen die deelnemen aan het voedselprogramma zijn groot. De mensen zien dat de resultaten veel meer betekenen dan een tijdelijke oplossing van de heersende honger. De professionele productie van voedsel biedt daarnaast zekerheid voor de toekomst en perspectief. Er komt geleidelijk aan meer vraag naar advies en steun voor de opzet van eigen bedrijven. De verdere ontwikkeling en uitbreiding van dit programma zal voorlopig niet stilstaan.