Bosbouw op vierduizend meter hoogte
Op verzoek van en in samenwerking met de bewoners van vier inheemse gemeenschappen heeft HoPe in december 2019 een boomkwekerij opgezet. De dorpen worden omringd door kale berghellingen waar af en toe een spaarzame inheemse struik groeit.
De bewoners willen gedeeltes van de berghellingen beplanten met bomen. Tijdens de pandemie heeft de bevolking ervaren dat zij te eenzijdig afhankelijk is van het internationaal toerisme. Bijna twee jaar heeft het toerisme stilgelegen waardoor de bewoners geen inkomsten hadden. In andere delen van het departement hebben zij gezien dat inheemse gemeenschappen sterke parallelle inkomsten hebben uit de bosbouw.
De voordelen van bosbouw op deze hoogte zijn meervoudig. Zo leveren de bossen op den duur hout op dat voor een goede prijs verkocht kan worden. Daarnaast groeien in deze bossen paddenstoelen die zeer voedingsrijk zijn en een goede prijs opleveren op de nabije markten. Bosbouw bevordert ook de opslag van CO2 en regen- en smeltwater. Dit laatste is erg belangrijk in deze streken. Peru kent een sterke scheiding tussen de regenperiode (oktober tot en met maart) en de droge periode (april tot en met september). In de droge periode zijn tienduizenden mensen voor hun watervoorziening afhankelijk van het smeltwater van de gletsjers, gletsjers die ook in de Peruaanse Andes hard aan het verdwijnen zijn. Het water dat de bergen in de grond vasthouden zal steeds belangrijker worden voor de gemeenschappen zelf, maar ook voor de mensen beneden in de vallei.
De gemeenschappen en onze boomkwekerij liggen rond de 4200 meter hoogte in het Andesgebergte. Onze boompjes waren door de hoogte en het koude jaar niet genoeg gegroeid om ze tijdens dit regenseizoen (oktober tot en met maart) uit te planten. HoPe heeft in december 2022 twintigduizend boompjes gekocht die groot genoeg waren om uit te planten. In vier dagen tijd hebben de bewoners van de vier gemeenschappen alle twintigduizend boompjes geplant. De boompjes worden beschermd door een afrastering van schapengaas. Dit is nodig om te voorkomen dat ze worden aangevreten door lama’s en alpaca’s die op deze hoogte vrij in de bergen lopen.
